Ik ben vier dagen in Lyon geweest. Lyon is een leuke stad. Fransen hebben ons dat vaker verteld. Toch kom je er niet zo gemakkelijk toe om er heen te gaan. Het is een fiets vriendelijke stad met aparte fietspaden en vaak op de busbaan. En veel fiets winkels van het professionele soort, dus zoals Kok, Snel en de Vakantiefietser, maar het lukte me niet om een 20 inch bandje te kopen voor mijn vouwfiets. Gelukkig wel een binnenband gescoord.
De haven waarin ik lag, had geen havenmeester. De gemeente was nog op zoek naar een nieuwe pachter. Gratis stroom en water en geen liggeld. De code van het hek wordt onder elkaar gedeeld. Het is in een wijk op een oud haven terrein. De bebouwing doet denken aan het Oostelijke havengebied in Amsterdam.
Het Musée des Beaux Arts de Lyon pretendeert na het Louvre het grootste museum van Frankrijk te zijn. Misschien is het wel waar. Het gaat van Griekse en Romeinse antieke kunst tot aankopen van recent moderne kunst. Er is opmerkelijk veel werk van Nederlandse impressionisten en van werk van tijdgenoten van Mondriaan en Van der Leck.
Maar de twee opzienbarendste dingen van Lyon, waar ik me ook niet bewust van was, zijn ‘murals’ en het goede eten. Ik sprak een Australische schrijfster die bezig is met een biografie van Eugénie Brazier. Nooit van gehoord. Blijkt de opleider van Paul Bocuse te zijn en Brazier heeft in één jaar 6 Michelinsterren gescoord (in twee restaurant drie sterren). Het goede eten speelt zich echter af in de Bouchons, niet direct ‘haute quisine’ maar vrij eenvoudige gerechten met goede ingrediënten.
De bekendste ‘mural’ is gemaakt in 1987 en daarna drie keer vernieuwd. Het is te vinden in de wijk Croux-Rouge.
Hoi Gerard, weer leuke ontmoetingen en belevenissen in Lyon! Heb je al een varensgezel aan boord inmiddels?